1 Definitie
1.1 definitie
Norit is een mafische opdringerige stollingsgesteente bestaat grotendeels uit het calciumrijke plagioclase labradoriet, orthopyroxeen en olivijn
kiezelgoer is een fijnkorrelig sedimentair gesteente dat wordt gevormd uit de geconsolideerde diatomeeënaarde
1.2 geschiedenis
1.2.1 oorsprong
1.2.2 ontdekker
1.3 etymologie
van de Noorse naam voor noorwegen, norge
van diatomeeën + -ite1
1.4 klasse
Stollingsgesteenten
Sedimentair gesteente
1.4.1 subklasse
duurzaam Rock, Hard Rock
duurzaam Rock, Soft Rock
1.5 familie
1.5.1 groep
Plutonisch
Niet toepasbaar
1.6 andere categorieën
Grofkorrelige Rock, ondoorzichtige Rock
Fijnkorrelige Rock, ondoorzichtige Rock
2 structuur
2.1 structuur
faneritisch
Klastische of Non-klastische
2.2 kleur
Donkergrijs aan Zwarte
Grijs, Wit, Geel
2.3 onderhoud
2.4 duurzaamheid
2.4.1 waterafstotend
2.4.2 krasbestendig
2.4.3 bestand tegen vlekken
2.4.4 windbestendig
2.4.5 zuurbestendig
2.5 uiterlijk
3 toepassingen
3.1 architectuur
3.1.1 interieur toepassingen
Decoratieve Aggregaten, entryways, Interieur decoratie
Decoratieve Aggregaten, Homes, Interieur decoratie
3.1.2 exterieur toepassingen
Zoals Building Stone, Zoals Facing Stone, Straatsteen, tuindecoratie
tuindecoratie, Straatsteen
3.1.3 andere architecturale toepassingen
terugdringen
terugdringen
3.2 industrie
3.2.1 bouwindustrie
Zoals Dimension Stone, Het bouwen van huizen of muren, cement Manufacture, bouw Aggregate, Verkeersveiligheid Aggregate
Zoals Dimension Stone, cement Manufacture, bouw Aggregate, Verkeersveiligheid Aggregate, landscaping, Het maken van natuurlijke cement, Calciumbron
3.2.2 medische industrie
Nog niet gebruikt
Nog niet gebruikt
3.3 oudheid toepassingen
Artifacts, monumenten, Beeldhouwwerk
Artifacts
3.4 andere toepassingen
3.4.1 commerciële toepassingen
begraafplaats Markers, commemorative Tablets, Laboratorium bankje tops, juwelen, Sea Defence, grafstenen
alumina Raffinaderijen, Diervoeder vulmiddel, Als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor Vee, Het creëren van Artwork, Tekenen op schoolborden, Vuurbestendig, Gymnasten, atleten en bergbeklimmers gebruiken voor grip, in aquifers, bodemverbeteraar, Om brand te steken, Gebruikt als een filter medium, Gebruikt als insecticide, Whiting materiaal in tandpasta, verf en papier
4 types
4.1 types
Niet beschikbaar
Niet beschikbaar
4.2 Kenmerken
Glad om aan te raken
Klasten zijn glad aan te raken, Is een van de oudste gesteente, Glad om aan te raken, Zeer fijnkorrelige rots
4.3 archeologische betekenis
4.3.1 monumenten
Gebruikt
Nog niet gebruikt
4.3.2 beroemde monumenten
Gegevens niet beschikbaar
Niet toepasbaar
4.3.3 beeldhouwwerk
Gebruikt
Nog niet gebruikt
4.3.4 beroemde beeldhouwwerken
Gegevens niet beschikbaar
Niet toepasbaar
4.3.5 pictogrammen
4.3.6 rotstekeningen
4.3.7 beeldjes
Gebruikt
Nog niet gebruikt
4.4 fossielen
5 vorming
5.1 vorming
Norit is een fijnkorrelig, hardrock dat is een soort van metasomatite wezen veranderd basalt. vormt met of zonder kristallisatie, ofwel onder het oppervlak opdringerige rotsen of op het oppervlak extrusieve rotsen.
bergmeel rots gevormd uit de skeletresten van eencellige planten genaamd diatomeeën. toen diatomeeën sterven, hun skeletresten zinken naar de bodem van meren en oceanen etc. dus de vorming van diatomiet storting.
5.2 samenstelling
5.2.1 gehalte aan mineralen
augiet, olivijn, plagioclase, pyroxeen
calciet, Klei, Clay Minerals, Kwarts, Zand
5.2.2 samengestelde inhoud
Aluminium Oxide, CaO, Chroom (III) oxide, Ijzer (III) oxide, kalium Oxide, MgO, Sodium Oxide, Silicon Dioxide, zwaveltrioxide
Ca, NaCl, CaO
5.3 transformatie
5.3.1 metamorfose
5.3.2 soorten metamorfose
Cataclastic Metamorfose, Impact Metamorfose
Niet toepasbaar
5.3.3 verwering
5.3.4 soorten verwering
biologische Weathering
biologische Weathering, chemische Weathering, mechanische Weathering
5.3.5 erosie
5.3.6 soorten erosie
chemische Erosie, kusterosie
chemische Erosie, kusterosie, winderosie
6 Eigenschappen
6.1 fysieke eigenschappen
6.1.1 hardheid
6.1.2 korrelgrootte
grofkorrelige
Zeer fijnkorrelig
6.1.3 breuk
conchoidal
Niet beschikbaar
6.1.4 streep
6.1.5 poreusheid
zeer poreuze
zeer poreuze
6.1.6 glans
6.1.7 druksterkte
225,00 n / mm2Niet beschikbaar
0.15
450
6.1.8 decollete
Niet beschikbaar
Non-Existent
6.1.9 taaiheid
6.1.10 soortelijk gewicht
6.1.11 transparantie
ondoorzichtig
ondoorzichtig
6.1.12 dichtheid
2.7-3.3 g / cm 32.49-2.51 g / cm 3
0
1400
6.2 Thermische eigenschappen
6.2.1 specifieke warmte capaciteit
Niet beschikbaar0,90 kj / kg k
0.14
3.2
6.2.2 weerstand
slagvast, drukvast, Slijtvast
Hitte bestendig
7 reserves
7.1 deposito's in het oosten van continenten
7.1.1 Azië
India, Russia
Brunei, India, Indonesia, Malaysia, Singapore, Thailand, Vietnam
7.1.2 Afrika
South Africa
Cameroon, Chad, Ghana, Kenya, Malawi, Sudan, Tanzania, Togo, Zambia, Zimbabwe
7.1.3 Europa
Germany, Greece, Italy, Scotland, Turkey
England, France, Germany, Spain, United Kingdom
7.1.4 anderen
Groenland
Nog niet gevonden
7.2 deposito's in het westen van continenten
7.2.1 Noord Amerika
7.2.2 Zuid-Amerika
Brazil, Colombia, Venezuela
Colombia
7.3 deposito's in Oceanië continent
7.3.1 Australië
New Zealand, Queensland
Adelaide, New Zealand, Queensland, Tonga, Victoria, Yorke Peninsula